‘Eigenlijk wilde ik bij de FBI werken’

‘Eigenlijk wilde ik bij de FBI werken’

Chan tekende een contract voor drie jaar. Als chef-dirigent zal ze jaarlijks acht tot twaalf weken met het Vlaamse orkest werken. Daarnaast bouwt ze het artistieke parcours uit. ‘Ik krijg inspraak in het programma, de gastdirigenten, dat soort dingen.’ Met haar 31 jaar wordt Chan de jongste chef-dirigent die het orkest ooit had. ‘Ach, leeftijd is relatief. Ik heb de voorbije week de vijfde symfonie van Gustav Mahler gedirigeerd. Dan voel je je meteen tien jaar ouder, hoor.’

Amper vier jaar geleden studeerde Chan als dirigent af aan de Universiteit van Michigan. Meteen won ze de prestigieuze Donatella Flick Conducting Competition in Londen. Daarna ging het snel, met concerten bij prestigieuze orkesten. Niet slecht voor iemand die amper tien jaar geleden besliste toch maar voor muziek te gaan, en niet voor misdaadbestrijding. ‘Ik ben gek op crimiseries zoals ‘CSI’. Ik zag mezelf als wetenschappelijk forensisch onderzoeker misdaden oplossen. Ik droomde eigenlijk van een job bij de FBI.’

 

Hoe hebt u de klassieke muziek ontdekt?

Elim Chan: ‘Via mijn vader. Hij is kunstschilder en graficus. In zijn atelier luistert hij naar klassieke muziek. Als kind was ik nieuwsgierig naar de cd die hij had gekozen. Wat zal het vandaag zijn? En dan wandelde ik even het atelier binnen om te luisteren. Zijn schilderijen interesseerden me minder, moet ik bekennen. Zo leerde ik Beethoven kennen. De polka’s en de walsen van Strauss.’

‘Op mijn vijfde ging ik in een kinderkoor zingen. Daarna begon ik piano en cello te spelen. In Hongkong speelt elk kind een instrument, ook al heb je geen greintje talent. Het is een maatschappelijke verplichting. Als je een instrument speelt, krijg je vlotter toegang tot de betere scholen. Muziek is in Hongkong een hulpmiddel om vooruit te geraken in het leven. Tegelijk raadt iedereen je af voor een professionele carrière in de muziek te kiezen. Een gekke kronkel.’

 

In het Westen hebben we de neiging om te zeggen: Aziatische muzikanten spelen technisch perfect maar missen gevoel. Is dat een cliché?

Chan: ‘De muziekopleiding in Hongkong focust inderdaad op technische perfectie. Ik herinner me nog de notities van mijn leraar in mijn studieboeken met de pianosonates van Beethoven. Linkerhand: dertig keer na elkaar. Rechterhand: dertig keer. Handen samen: vijftig keer. Je werd gedrild om foutloos te spelen. Over de frasering leerde je veel minder.’

De Chinese wonderpianist Lang Lang keek raar op toen ik hem in een interview vroeg of hij het erg vond om een foute noot te spelen. ‘Ik maak nooit een fout’, zei hij droog.

Chan: ‘Hij heeft gelijk. Al die Aziatische wondervirtuozen zijn zo gedrild dat ze nooit één foute noot spelen. In Azië vergeven ze je een fout overigens niet snel. Daarom ben ik gestopt met solo pianospelen. Ik kon de druk niet aan op het podium. Ik raakte verlamd door de gedachte dat ik wel eens een fout zou kunnen maken. Ik ben cello gaan studeren om met een ensemble kamermuziek te kunnen spelen. Veel leuker. Veel minder stress.’

‘Nu, die harde opleiding heeft ook haar positieve kanten, hoor. Ik ben supergedisciplineerd. Ik zal nooit onvoorbereid voor een orkest verschijnen. Ik ken de partituur vanbinnen en vanbuiten.’

 

 

Hoe bent u dirigent geworden?

Chan: ‘Misschien is me dat wel gewoon overkomen. Of zit het in mijn bloed. De dirigente van het kinderkoor zei op een dag: Elim, kan jij even dirigeren? Ik was verbaasd, stapte naar voren en deed het. Het ging me goed af. Nog belangrijker was een schooluitstap naar een concert. De dirigent, een vrouw, gaf uitleg over de onderdelen van het orkest. Je kent dat wel: ‘Dat zijn de strijkers, hier zitten de blazers.’ Toen dacht ik: ‘Mm, je kan dus wel je beroep maken van muziek. Interessant.”

‘Op mijn 18de kreeg ik een studiebeurs voor het Smith College in Massachusetts. Ik volgde er een brede pre-medische opleiding waarin wetenschap centraal stond. Voor mijn misdaadcarrière. Ik zong ook in het collegekoor. Na een tijd vroeg de dirigent: ‘Elim, je hebt goede oren, wil je mijn assistent worden?’ Dat wilde ik. Toen mocht ik het orkest en het koor even dirigeren in het ‘Ires Diae’ uit het Requiem van Verdi, een massief stukje muziek met een groot mannenkoor. Dat was zo’n overweldigend gevoel. Later op mijn kamer was ik helemaal van mijn melk. Ik zei tegen mezelf: ‘Waarom vecht je zo tegen jezelf? Je bent gemaakt voor de muziek, niet voor de misdaad.’ Toen heb ik de knoop doorgehakt en ben ik aan de Universiteit van Michigan gaan studeren voor dirigent.’

We nemen het u niet kwalijk dat u onze Kaaiman niet kent. Maar hij heeft eens geschreven dat dirigenten de meest overbodige beroepsgroep vormen.

Chan: (lacht) ‘Mensen vragen me vaak: ‘Elim, wat doe je eigenlijk precies?’ Het orkest leiden, natuurlijk. Dat speelt niet uit zichzelf, hoor. De dirigent bepaalt hoe de muziek klinkt.’

‘In de finale van de Donatella Flick Conducting Competition stond voor de drie overgebleven kandidaten de ‘Egmont’- Ouverture van Ludwig van Beethoven op het programma. Wel, de partituur van de London Symphony Orchestra leek wel een kleurboek. Elke finalist had een kleur waarmee op de partituur de accenten van de kandidaat waren aangebracht. Die lagen voor elke finalist anders. Daarom klonk die ouverture ook drie keer anders.’

‘Dát is wat een dirigent doet: de partituur interpreteren en keuzes maken. Bij elke dirigent is het resultaat anders. Geef me twintig opnames van dezelfde symfonie en ik haal er Herbert von Karajan binnen dertig seconden uit. Of een andere.’

Moet je als dirigent afstand bewaren tegenover de muzikanten?

Chan: ‘Ik voel me geen maestro die zonder omkijken zijn wil oplegt aan het orkest. Ik geloof erg in samenwerking. Als een solist een andere interpretatie heeft van zijn partij, dan luister ik daar graag naar. We moeten eerlijk zijn: door mijn jonge leeftijd hebben de meeste muzikanten meer ervaring dan ik. Daar maak ik graag gebruik van. Maar ik neem de eindbeslissing.’

De Japanner Haruki Murakami heeft een boek geschreven waarin hij 200 pagina’s lang de Japanse sterdirigent Seiji Ozawa interviewt…

Chan: ‘Ja, ik heb het gisteren in het Chinees besteld. Ook toevallig.’

Hij zegt onder meer dat je als dirigent de muzikanten van het orkest samen moet leren ademen.

Chan: ‘Ja! Dat is het ultieme doel.’

 

 

Ik dacht dat het een grap was.

Chan: ‘Nee, joh. Je wordt werkelijk één geheel als je samen in- en uitademt. Dat zijn de magische momenten waarbij muziek, orkest en dirigent in elkaar opgaan. Dat gebeurt niet zo vaak, hoor. Er loopt wel eens iets fout. De cellist die een boertje laat terwijl hij een solo speelt… Dan is het moment wel weg.’ (lacht)

Toen u in 2014 de dirigentenwedstrijd won, was dat groot nieuws omdat u de eerste vrouwelijke winnaar was. Verbaasde u dat?

Chan: ‘Een beetje wel. Ik heb nooit het idee gehad dat ik als vrouw iets uitzonderlijks deed door te dirigeren. Na het concours volgden twee soorten gesprekken: de muziekinterviews en de vrouweninterviews. Na een tijdje begon me dat te storen. Ik voelde me als een speciale soort in de dierentuin. Een vrouwelijke dirigent, stel je voor!’

‘Ik word ook niet zo graag aangekondigd als ‘de vrouwelijke dirigent Elim Chan’. Alsof mijn geslacht ertoe doet. Men vraagt wel eens mijn mening over quota’s in de muziek. Daar ben ik tegen. De keuzes moeten worden gemaakt op basis van de kwaliteit. Ik wil geen ‘fast ticket’ naar de top omdat ik een vrouw ben en dus moet worden bevoordeeld.’

‘Een dirigent heeft sowieso een intens leven. Probeer de job maar eens te combineren met een gezin. Maar dat geldt ook voor mannen. Alleen krijgen die daar minder vragen over. Terwijl we allemaal eenzaam zitten te wezen op de hotelkamer.’

Is er plaats voor een leven naast de muziek?

Chan: ‘Je moet er plaats voor maken. Ik las net nog een interview met de topvioliste Janine Jansen. Ze kreeg in 2010 een zware burn-out. Ze kon zelfs niet meer naar klassieke muziek luisteren. In dat stadium wil ik nooit geraken.’

(aarzelt even) ‘Vorig jaar ben ik twee maanden ziek geweest. Mijn lichaam was gesloopt door het werk. Ik zei op niets nee. Als ik ergens pijn had, nam ik een pijnstiller. Hop naar het volgende concert. Tot ik in het ziekenhuis in Hongkong belandde. Ik kreeg griep met complicaties. Kon amper nog ademen. Niettemin was ik op mijn ziekbed partituren aan het lezen. Fout, natuurlijk.’

‘Toen ik eindelijk genezen was, heb ik samen met mijn manager beslist om minder te werken. Dat is niet alleen goed voor mijn gezondheid, maar ook voor mijn carrière. Een dirigent kan het zich niet permitteren vaak concerten af te zeggen. Je krijgt de reputatie dat ze op jou niet kunnen rekenen. Dat is dodelijk.’

Als het een troost is, veel dirigenten worden stokoud.

Chan: ‘Ja! Babydirigent noemen die oude mannen me weleens.’

Bio

Elim Chan (31) werd geboren in Hongkong. Als kind zong ze in koren en leerde ze cello en piano spelen. Na een algemene wetenschappelijke opleiding aan het Smith College in Massachusetts trok ze naar de Universiteit van Michigan, waar ze in 2014 afstudeerde als dirigent. Datzelfde jaar won ze de Donatella Flick Conducting Competition in Londen. Daarna was ze één seizoen assistent-dirigent bij het London Symphonic Orchestra.

De voorbije jaren was Chan gastdirigent bij een rist toporkesten, waaronder het Koninklijk Concertgebouworkest, de Houston Symphony en het Rotterdams Philharmonisch Orkest. Dit seizoen is ze hoofddirigent bij het Orchestra of NorrlandsOperan in Zweden. Volgend seizoen is ze principal guest conductor bij het Royal Scottish National Orchestra.

In oktober 2019 wordt Chan chef-dirigent in Antwerpen. Ze woont in Amsterdam.

Source: De Tijd

Back

This is a unique website which will require a more modern browser to work!

Please upgrade today!

Share